Het analoge opnameproces

Als je foto’s van beroemde opnamestudio’s bekijkt dan is het eerste wat je opvalt de enorme studiomeubels propvol met vintage opname apparatuur. Je zou denken dat het een verspilling van tijd en geld is om nu nog te investeren in hardware processors terwijl we toegang hebben tot een onbeperkt aantal software plug-ins. En inderdaad, de verschillen tussen plug-ins en de hardware variant worden steeds kleiner. Maar er zijn meer praktische toepassingen van de hardware variant waar ik het over wil hebben.

Waarom zou je hardware processors gebruiken? 

Sommige geluidsopleidingen geven hun studenten advies om op te nemen zonder processing appratuur. Ze stellen voor om alle EQ’s op de tafel uit te schakelen en om alle compressors te bypassen. Bewerkingen die gedaan zijn in het analoge domein kunnen, eenmaal opgenomen, niet meer ongedaan gemaakt worden. Waarom zou je eigenlijk hardware processors gebruiken als je in de computer hetzelfde kan bereiken?

Hoewel deze methode een kern van waarheid bevat, is het advies meer gericht op beginnende geluidstechnici. De methode zorgt ervoor dat al je aandacht gaat naar het kiezen en plaatsen van microfoons, en het voorkomt overcompressie tijdens de opname. Als je ooit multitracks hebt gehoord van bekende engineers dan hoor je dat de ruwe opnamesporen al ontzettend goed klinken. Dat komt omdat 80% van het geluid al is gevormd tijdens de opnamesessie.

Mixen begint al tijdens de opname

Ervaren studio engineers weten hoe het eindresultaat zal klinken en maken belangrijke mixage keuzes tijdens de opname. Dit doen ze niet alleen door middel van EQ en compressie maar ook door microfoontechniek, microfoonkeuze en natuurlijk door het instrument aan te passen.

Als je net begint dan is het misschien niet gelijk duidelijk waar partijen op uitkomen, daarom geven sommige leraren aspirant audio engineers de taak om outboard apparatuur buiten beschouwing te laten. Maar als je nooit fouten maakt, hoe ga je hier dan ooit van leren? Je moet toch ergens beginnen?

Leg je keuzes vast in de computer

Misschien heb je niet het geld om outboard apparatuur aan te schaffen. Toch zijn er ook methoden om deze werkwijze toe passen ‘in the box’. Het enige probleem met software processing is dat het na de opname wordt toegepast. Je kan dus niet met een compressor plug-in je converters beschermen. Maar je kan je processing keuzes wel definitief vastleggen in het digitale domein. Met Cubase kan je processing op het inputkanaal zetten waardoor de effecten direct meegeschreven worden naar de harde schijf. In andere DAW’s kan je hetzelfde resultaat bereiken door alle audiotracks te bouncen of te bevriezen.

Probeer de tracks onmiddellijk te bouncen nadat je klaar bent met het opnemen van een partij. Op deze manier leg je je keuzes vast wat je dwingt om creatiever na te denken. Aan het einde van je opnamesessie heb je al een mix die geweldig klinkt.

Een ander voordeel van deze werkwijze wordt duidelijk wanneer je de sporen gaat bewerken. Het toepassen van compressie op een zang opname zal alle zachtere geluiden zoals ademhalingen omhoogtrekken. Als je ademhaling zachter zet zonder compressie dan zullen je volume dips kleiner zijn dan wanneer je compressie had gebruikt. Het kan helpen om tijdens het editten vlot een compressor in te stellen zodat je kan horen hoe het eindproduct zal klinken.